Lisette, moeder van een peuter, ervaart gezelligheid wanneer kinderen naar haar zwaaien. En nu ze weer veel thuis moet werken genieten zij en haar dochtertje hier extra van.
Sjaak voelt zich vooral gezien doordat er mensen zijn die de moeite nemen om naar hem te zwaaien. Mensen zwaaien bewuster naar hem en dat vindt hij mooi.
Miranda ervaart het zwaaien vooral als 'vriendelijkheid'.
Voor Wil betekent de Zwaaisteen dat ze er nog bij hoort. "Als iemand naar mij zwaait dan heb ik het gevoel dat ik toch nog meedoe met de rest. Ik ben dan wel een ouwe, ik wil er nog wel bij horen."
Richard vindt het vooral leuk en gezellig zo'n Zwaaisteen voor zijn raam. Hij houdt wel van iets 'geks'.
De Zwaaisteen geeft Jan gezelligheid, verbondenheid en een gevoel van veiligheid.